TEKSTEN
DA BED UIT
Oek al hemme zaw uitgeroepe tot zakenman van ‘t jaar
Oek al zedde de paus, en alles watta ge zegt is waar
Oek al zedde zevenvouwdig wereldkampioen
Oek al hedde genoeg gewaarkt... en ge trekt een vet pensioen
Ge moet altijd da bed uit, gelak iedereen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
En zette naa eerst da linkerbeen, of eerst da rechterbeen
Ge moet altijd da bed uit. (ge moet altijd da beddeken uit)
Oek al hedde nen hanekam, en ge verkoept nen ‘oep tam tam
Of ge moogt alle dagen vrijen, mé een pracht van een madam
Of z’ hemmen aa CEO gemokt van een megagrote zaak
Of ge zij nen afgeleefden junkie, mé een opgezwollen kaak
Ge moet altijd da bed uit, gelak iedereen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
En zette naa eerst da linkerbeen, of eerst da rechterbeen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
Zedde Jantje klak, of Jefke in den bak
Of Marie Jeanne die mé gemak 10 Orvallekes nor binnen kwakt
Oek al pakte ne kilo speed, schuifdet dage vur aawuit
Toch moette ne kier gon slape, en moette d’er oek wèr uit
Ge moet altijd da bed uit, gelak iedereen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
En zette naa eerst da linkerbeen, of eerst da rechterbeen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
Oek al zedde nen drugbaron, en g’he’d twintig Jaguars
Of ze stoempten aa in een raket en naa zedde d’ allereerste vrouw op Mars
Of ge zè nen arme sukkel, zonder huis en zonder geld
Of z’hadden aa zo goed as dood verklaard, en ineens zedde hersteld
Ge moet altijd da bed uit, gelak iedereen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
En zette naa eerst da linkerbeen, of eerst da rechterbeen
Ge moet altijd da bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
Natuurlijk zèn der mensen, doodziek in de kliniek
Mensen in de coma die wachten op hunne lèste snik
Mensen die al jaren slape , nie oep hun benen kunne staan
Maar oek voor die mensen komt vruug of laat, da groot moment eraan
Dan moete z’ oek da bed uit, oek vur te gaan
Evengoe da bed uit (ze moeten evengoe da beddeken uit)
En kieze ze nu eerst hun linkerbeen, of eerst hun rechterbeen
Ze moeten evengoe dat bed uit (ge moet altijd da beddeken uit)
---------------------------------------------------------------------------
WA VEUR NE WERELD
In wa voor ne wereld leven wij
In wa voor ne wereld leven wij, wij, wij, wij.
Wa ne prachtige zonnige morgen (zonnige morgen vandaag vandaag)
En toch regent het niks als zorgen (zorgen en geklaag geklaag)
De koffe die smokt naar een dooie rat (denkt aan oe maag, oe gevoelige maag)
‘k peis da’k er zout 'em in gekapt (zonnige morgen vandaag vandaag)
De pitbull van de buren blaft
Heel den dag en heel de nacht
Den boterham valt en hij valt altij
Met de chocokant op den tapis plein
In wa voor ne wereld leven wij
In wa voor ne wereld leven wij, wij, wij, wij. (ziet daar!)
Ziet die dikke vlieg daar aan het plafon (die hangt op hare kop, op hare kop)
Da beest ziet de wereld andersom (het blijft een zottekot, een zottekot)
Tijd voor ne vodka mé citroen (nee nee nee, da zou ‘k nie doen)
Maar de fles is leeg ik moet commissies doen (nee nee nee, gene citroen)
De badkamer is goed ontploft
’t Is hier in geen maanden afgestoft
De keuken riekt weer naar ‘t toilet
Waar is Mr. Proper als ge ‘m nodig hebt?
Is dat karton of gazon of beton of ne slip of the tongue
van den ezel den os,
de dieren in’t bos,
Het kinneke Jos komt ons verlossen van al het kwaad
Zeg mij oe laat mor de dieren in’t bos
en oek Reinaert de vos
die zeggen da’t ‘tis
Zoals ‘k beslis
Mor wa veur ne wereld
Wa veur ne wereld is dees toch
In wa voor ne wereld leven wij
In wa voor ne wereld leven wij, wij, wij, wij
Wa voor ne wereld, wa voor ne wereld
Wa voor ne wereld is dees toch
En de regering, wat doet de regering
In wa voor ne wereld leven wij
---------------------------------------------------------------------------
BIJ AA
Bij aa makkik gewoon zèn wie dak zèn
Mé alle rare trekskes die da’k hem
Alle dagen hemmek toch wer wa kritiek oep aa
Mor gij zult nooit nie zeggen Dimi Dumo dimmen naa
Bij aa voel ik mij uniek, ook al zennek gewoon
Ook die’n hoek die’e dat er af is bij mij, die pakte d’r bij
Mé al m'n mankementen hedde mij g’accepteerd
Ik wou dakkik dat ook kon, gij zet da weerd
Want gij zè ‘t licht in de zwarte nacht, mé aa hemmek nooit gedoe
Iedere keer as ge weer is lacht, mokte mijnen dag wer goe
T mag regene, vrieze, waaie tegen honderd in d’uur
Bij aa schijnt de zon altij, bij aa brandt altijd een vuur
Bij aa is alles, alles wat da stroomt en alles wat da vloeit
Alles wat da zacht is en openbloeit
Bij aa vinnik d’erkenning die da’k nie altij verdien
Bij aa is liefde, bij aa alleen
Schat gij zè ‘t licht in de donkere nacht, mé aa hemmek nooit gedoe
Iedere keer as ge weer is lacht, mokte mijnen dag wer goe
T mag regene, vrieze, waaie tegen honderd in d’uur
Bij aa schijnt de zon altij, bij aa brandt altijd een vuur
Ik heb zo’n vaag vermoeden da’k het oe nog nooit hem gezée
Of ik zen het vergeten, of alle twee
Mor alles aan aa zingt mé mij mee
En iedereen mag het weten
Mor alles aan aa zingt mé mij mee
En iedereen mag het weten
En iedereen mag het weten
En iedereen mag het weten
Schat gij zè ‘t licht in de donkere nacht, mé aa hemmek nooit gedoe
Iedere keer as ge weer is lacht, mokte mijnen dag wer goe
T mag regene, vrieze, waaie tegen honderd in d’uur
Bij aa schijnt de zon altij, bij aa brandt altijd een vuur
---------------------------------------------------------------------------
NIKS KAN VEURBIJ GON
Het plan het was nie zo’n strak plan
Ik dacht ik moet gewoon wa stappen
Ik had genoeg van iel de stad
ik was ‘t zat, en ‘k had niks anders aan d’ hand
Het was zo ne nacht
Ge verwacht een lijk in de gracht
We begonne te klappen
Gij zei ik zèn hier wel speciaal voor aa
Dus zet da gezwans mor on de kant
Mor ziede mij nog gere
Voelde gij dat oek
Maak ik een halve kans
om diejen ouwe dans
Me aa nog ‘s over te doen
En rokt dan rokt de ziel
De blote ziel, de ziel van ons geheugen
Met de fantomen van ons mislukte dromen
Van ons lijf afgeplukt
Ik voelden oewen blik
Begrip mor gene klik
Veur mijn verslete leugens
Mijn mopkes die g’al kent
Mijn klere die ge al is èt losgerukt
Mor ziede mij nog gere
Voelde gij dat oek
Maak ik een halve kans
om wèr die’n ouwen dans te doen
Zen we te laat
veur ‘t bal op de kadans van toen
Kom we zèn weg
want anders gon we’t nooit nie doen
Waar is da gevoel naa
En wildet wel echt?
‘k dacht efkes ik voel aa
Mor alles is weg
G’ed alles gegeven
En ’t is er nie meer
Waar is da gevoel naa
Kom probeert nog ne keer
Kom, lot mij ier nie staan
Lot die verwijte toch gaan
Weete nog dieje film van Tom Barman
Met die actrice die vertelde
‘t leven ga snel dus bestelt
oe mirakels oep tijd
Ik zei ‘s tegen ne vriend
Dat alles terug begint
Da niks echt kan veurbij gon
Daarom vraag 'k 'et nog ‘s
Misschien hedde wel spijt
Mor ziede mij nog gere
Voelde gij dat oek
Maak ik een halve kans
om wèr die’n ouwen dans te doen
Zen we te laat
veur ‘t bal op de kadans van toen
Kom we zèn weg
want anders gon we’t nooit nie doen
Alles wat ge doe
’t komt allemaal allemaal goe
Alles wat ge doe
’t komt altijd altij goe
---------------------------------------------------------------------------
ZON EN REGE
Oh yeah ee yeah ee yeah
Yeah yeah yeah ee yeah, yeah yeah yeah ee yeah,
Ik zèn wie da’k zèn, wie da’k peis dakkik zèn
as ge peist te weten wie da’k zèn
zie nog mor ne keer
ik zèn het al nie meer
ik doen wattak moet doen veur mijn eigen
just veur ne glimlach te krijgen
ik zie wa da’k zien, mé mijn eigen ogen zien
‘k hem er twee veur te zien
ne mond veur te zingen wattak zien
ik zing van de dingen da’k tegenkom
van mijn regenton
van een wandeling van Rotselaar naar Betekom
‘k zèn nen Antwerpeneer gewèst mor ik werd daar ziek…
in mijn hart zit een orkest mé nen 'oep muziek …
mé nen 'oep muziek
Zon en rege
Ge komt van die dage tegen
Dan kunde mé mij niks beginnen
Lot mij gewoon mijn liekes zingen
Ja ja mijn liekes zingen
Tik flik flok tik, wat is me dees
‘k had de zon besteld mor ineens
Is’t tik flak flikketakke flokke tik tok
los op mijne kop
dikke natte druppels en veurwa?
veurwa naa en veurwa op mij?
‘k had toch nie gevraagd dat den hemel smolt
‘k hem het wel tegen aa dikke wolk
ik was dieë gast die veur de regen was
want de zon vult geen regenton
mor da was veurda gij begon
‘k had mijn stem gesmeerd, mijnen hoed gezet
‘k had mijn lieke kleer, mijn gitaar gestemd
’t zal mijn eigen schuld wèr zèn
da’k gene paraplu bij hèm
Oh yeah ee yeah ee yeah
Yeah yeah yeah ee yeah, yeah yeah yeah ee yeah,
Zon en rege
Ge komt van die dagen tegen
Dan kunde mé mij niks beginnen
Lot mij gewoon mijn liekes zingen
Ja ja mijn liekes zingen
’k Had de zon in mijn longen van mijn zeve jaar…
en de regen in mijn ogen ik was nege
‘k had just een gitaar gekrege
en de bomma ging dood en den bompa ook
en den deze had veur hun een lied geschreven
mor ik kende mijnen doremi en mijn akkoorden nie
en het was nie bepaald muziek mor wel artistiek
en ik mochtet nie zingen in de mis
ze zeiën doeget thuis mor is, as alleman d’er is
mor d’er was gien kat
iedereen was 'et afgetrapt
maar de zon in mijn longen die bleef
Zon en rege
Ge komt van die dagen tegen
Dan kunde mé mij niks beginnen
Lot mij gewoon mijn liekes zingen
Ja ja mijn liekes zingen
---------------------------------------------------------------------------
FUCK OFF
Denkte naa echt dat de wereld zit te wachte
Oep wer è lieken over mexicaans bier
En da ze over pakweg een maand of acht of zo
Nog gaan kunnen lachen mé ne rol WCpapier
Gon ik op facebook dan zien 'k oe alle dagen
Mé oe gejammer boven oe gitaar
Ik geef oe alles alles as ge stopt mé zagen
Uwe lalala over da virus van het jaar
Fuck off mé oe lied over corona
Want ik 'em 'et allemaal al g'hoord
Fuck off mé oe lied over corona
Van dieje zever gaan de mensen a’maal dood
As ik van aa was, ik zou mijn lied vertalen
In ‘t Italiaans, of nog beter in’t Chinees
Dan kunde ginder al oe likes gon halen
En lot maa dan gerust mé oe clichés
Fuck off mé oe lied over corona
Want ik 'em 'et allemaal al g'hoord
Fuck off mé oe lied over corona
Van dieje zever gaan de mensen a’maal dood
Kunde maa zegge, watta ge wilt bewijzen
Da gij aa dagen nie verdoe gelijk as kik
Da g’oep een uurke ne song ineen kunt vijzen
Over aa bomma die staarft van de schrik
---------------------------------------------------------------------------
ROZEN TUTU
Gisteren was ik zo gejaagd
ik vond de wereld traag
ik dacht nie aan vandaag
ik zat te plannen
waar da’k overmorgen al zou zèn
op de Kilimanjaro of den Big Ben,
of in Australië op stap
mé een buidelrat
in ne rozen tutu
mé een pluim in mijn gat
k had altijd een project
altijd een plan
mor ik snapte der zelf soms geen kloten van
'k Zeg tegen mijn eigen: doe normaal
Ga zitte komt op verhaal
Ge jaagt ne droom na dieje nie besta
Ge loopt oewe schaduw achterna
K hem zoveel
bazen en jobs versleten
hoeveel da wilde
van oe leven nie weten
K hem talen geleerd
en wer vergete
gedreve, gebete
nooit stilgezete
de slang die heel den tijd vervelt
da was k'ik
de kameleon man
mé zijnen gretigen blik
van stilstand heet ‘m
nen heilige schrik
ziet ‘m crossen
nor zijne volgende kick
'k Zeg tegen mijn eigen: doe normaal
Ga zitte komt op verhaal
Ge jaagt ne droom na dieje nie besta
Ge loopt oewe schaduw achterna
Den boer die zaait
en nie oogst is ne zot
die plant en nie plukt
mor dieje z’n zaak ga kapot
Maar da's heel ’t verhaal
van wa dakkik hem gedaan
k hem velden en velden vol graan
gewoon late staan
late rotten op ’t land
want ik moest constant
wer gaan spitten en ploegen ieveranst
aan den overkant
waarda ‘t groener was
mor dan liep ik wer vast
in een of ander moeras
'k Zeg tegen mijn eigen: doe normaal
Ga zitte komt op verhaal
Ge jaagt ne droom na dieje nie besta
Ge loopt oewe schaduw achterna
---------------------------------------------------------------------------
CAFE ME ROOI GORDIJNE
In het café me rooi gordijne
blijve seconde langer gaaf
want een horlogen is 'er luier
en de minute kruipe traag
oep de marmerwitte tafel
in den doenkermave wijn
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
oep de marmerwitte tafel
in den doenkermave wijn
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
Oep den trottoir schuive de schimme
hun trage wandeling veurbij
en 'k zien den avond stil beginnen
oep d'oêgste dake van de rij
In de zwijgende portale
oep de gevels van satijn
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
In de zwijgende portale
oep de gevels van satijn
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
Oranje lichte tusse glaze
zoeme nen tijdeloze zang
lak gouwe lampe uit Carthago,
duzend jaar ee' gin belang
oep de schemerige mure
in de bome van het plein
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
oep de schemerige mure
in de bome van het plein
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
Den avond legt z'n diepe tone
over de ploeie van de stad
duzenden ombers, grijzen en blauwen
houwen het lijnespel omvat
en de vurig roei gordijne
zulle gau nog roeier zijn
Lak gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
en de vurig roei gordijne
zulle gau nog roeier zijn
in gedachte zonder woorde
in de schaduw zonder pijn
---------------------------------------------------------------------------
VIER WINDE, ZEVE ZEEË
Ik doecht ik gon nog mor is naar Kreta
In ‘t najaar is’t daar goe te doen
K’ Heb daar vrienden bij wie da’k kan waarken op het land
Maar ik wou dache ja zou zegge
As k’ ik 'et oe nog eens vroeg
Maar iedere keer as we klappen is’t wèr trammelant
Vier winden die eenzaam waaie
Zeven zeeën mé eb en vloed
Al die dingen waarveur dat ons leve
D’er nie toe doe
Als de schonen tijd voorbij is
Pakkek mijn valies
Zij nie kwaad mor in het afscheid zen ‘k nie goe
Als ik ginder g'raak veur de winter
Als ‘k een bitjen 'em gespaard
Wie wèt komde dan wel achter as k'ik 'et betaal
Maar 'et kan daar ook wel guur zèn
En dan is er nie veul te doen
En ge kent daar gien kat en ge klapt ook niet de taal
Vier winden die eenzaam waaie
Zeven zeeën mé eb en vloed
Al die dingen waarveur dat ons leve
D’er nie toe doe
Als de schonen tijd voorbij is
Pakkek mijn valies
Zij nie kwaad mor in het afscheid zen ‘k nie goe
Maar ik wou dache ja zou zeggen
As k’ ik 'et oe nog eens vroeg
Maar iedere keer as we klappen is’t wèr trammelant
Vier winden die eenzaam waaie
Zeven zeeën mé eb en vloed
Al die dingen waarveur dat ons leve
D’er nie toe doe
Als de schonen tijd voorbij is
Pakkek mijn valies
Zij nie kwaad mor in het afscheid zen ‘k nie goe
---------------------------------------------------------------------------
ZEGGET AS GE DOOD ZÈ
Onder stoelen of banke
daar vinde nie veul meninge ni meer
iedereen toont z'n tande
maar efkes luistere da ziede van hier
veurwa hee een mens nog ore
as ne grote mond allien al volstaa
ge zult niemand nie store
d’er luistert toch gien kat nor aa
Maar stopt oe hart ineens mé kloppe
en valde stokstijfsteendood
an zegge ze da was toch die'n toffe
en hij 'ad nog iet te zeggen ook
Wacht totda ge dood zè
dan geeft iedereen oe gelijk (g’èt gelijk)
van tussen oe vier planke
dan meugde spreke dan is’t oewen tijd (oewen tijd)
zegget mor as ge dood zè
nog efkes wachte dan is't on aa
is dat oewe lesten asem?
legdoe ei!
In't land van dikke zever
daar is de waarheid 'et grootste verraad
ze noemen oe ne Pallieter
ze zegge weinig wol en veul geblaat
’t stot overal geschreve
in alle boekskes weuret uitgelee
de mens is iel bedreve
in 'et nie hore wat een ander zee
Maar ligde plat oep't kaarkhof
dan zegge ze: was da nie die’n Dimitri
en ineens zijde de grondstof
veur een super trendy filosofie
Wacht totda ge dood zè
dan geeft iedereen oe gelijk (g’èt gelijk)
van tussen oe vier planke
dan meugde spreke dan is’t oewen tijd (oewen tijd)
zegget mor as ge dood zè
nog efkes wachte dan is't on aa
is dat oewe lesten asem?
legdoe ei!
---------------------------------------------------------------------------
CARRICKFERGUS (MIJN DEURP)
De wind waait rondjes in mijn valies
en ik strunkel op dees pad alsof da’k blind was
'k ging overal waarda de wind mij blies
mor de schoonste plek was toch de plek waarda’k een kind was
Mijn deurp is daar waarda’k nie meer kan kome
ik hem gien huis, mijn lied is mijn matras
gelijk de sneeuw smelte mijn drome
Kom mense drinkt van mij een glas
Ik was in Bali
'k was in Mali en Malawi op safari
'k hem de zon zien zakken
in de Zwarte Zee, maar nee
d'er is niksken ier op aarde da zo schoon is
as de pade waaroep da’k
mé mijn allerierste fietske ree,
en mor trappen en mor trappen
en mor roepen, achter alle bome zoeke
waar is Mieke waar is Bartje, waar is Mathijs
'k hem de wijde wijde wereld afgereisd
'k hem ze gezocht
ik had gepeisd da’k ze zou vinde
‘k maakte mijn eigen wèr wa wijs
Mijn vrienden ginder, ik kan ze nie vergete
ik hoor hun stemme, ze klinke zo dichtbij
mor waar da’k zèn, hoe zouwen zij 'et wete?
kom mense drinkt een glas van mij
De wind waait rondjes in mijn valies
en blaast mij ied'ren dag een bitsje vaaier weg
Mijn leve was een rondje wieze
Maar alle troeve zèn gelegd
Ik zèn ne zwaarver zo zèn 'k gebore
de zotte wind da was mijne koetsier
mor asser ne vriend is die'e dees kan hore
ik smeek aa, makker... komt toch nor ier
op m’n blote knieë... komt nor ier
ik smeek aa, makker... komt toch nor ier
---------------------------------------------------------------------------
‘k kan niks beslissen ‘k loop van ‘t kaske nor de muur
De wet van Newton slaagt bij mij een zot figuur
Dees moet mij wèr overkomen, ik dacht ik hemmet toch al g’had
Alles is hopeloos uiteengespat
Aaaah ! Stop ! Waar is de pauzeknop ?
Aaaah ! Stop ! Waar is de pauzeknop ?
Maakt is wa plaats
ik kan hier nie bewegen
Maakt is wa plaats
ja, ge trekt me nor benejen
Maakt ‘s wa plaats want we zijn mé twee, ge zijt hier nie oep uwen alleen
Draait oe is oem, g’ hebt compagnie, we trekken nie aan ’t zelfde zeel
Maakt ‘s wa plaats want alles draait hier rond aa, de zon en de maan
En alle sterren d’ erbij
‘k hem niemand nodig veur te zeggen wat of hoe
‘k zijn mijnen eigen gids ik weet wel waar naartoe
Aaaah ! Stop ! Waar is de pauzeknop ?
Aaaah ! Stop ! Waar is de pauzeknop ?
Maakt is wa plaats
ik kan hier nie bewegen
Maakt is wa plaats
ja, ge trekt me nor benejen
Maakt ‘s wa plaats want we zijn mé twee, ge zijt hier nie oep uwen alleen
Draait oe is oem, g’ hebt compagnie, we trekken nie aan ’t zelfde zeel
Maakt ‘s wa plaats want alles draait hier rond aa, de zon en de maan
En alle sterren d’ erbij
---------------------------------------------------------------------------
‘K HEB WA VRIENDE GEMOKT
‘k Hem gestudeerd veur ‘man in de straat’
Mor ik was gebuisd ik had ni genoeg praat
Thuis was ‘k pertang de grootsten aap
Tot braaf zijn was ‘k ni in staat
Ik trok ielder dagen aan mijn floch
Ik pikte het geld uit ons maa heur sacoche
En suskes en wiskes uit de krantenshop
‘k hem ook is gepist op mijn zus hare kop
Ik kreeg van de miester al is een saflet
Oemda’k zijn banden weer had platgezet
Ze zagen mijne naam al in de gazet
D’r is één ding da mij toch wat ‘ee gered
‘k heb wa vriende gemokt, een paar vriende gemokt
‘k heb ze mé mijn leven en mijn zielte gerokt
‘k heb ni eens gevraagd of dat ’t mocht
Mor ‘k hem wa vriende gemokt, een paar vriende gemokt
Ik hem liefkes bedrogen, ‘k ging wel is vreemd
Z’hemme me pertang altij goe verwend
‘k hem ook is geslape mé ne vent
ni echt mijn ding mor alles went
‘k dee alles gere oep mijn manier
Ik ging zelfs waarke veur mijn plezier
Ik was behanger ik was portier
Ik schilderde portretten in ’t schipperskwartier
ik zag achter ’t stuur mé een stuk in mijne kraag
mijn leven veurbij flitsen in een vlaag
En as ge me vraagt hoe dat’ t komt da’k vandaag
toch zo braaf zijn, ja, … dan zeg ik oe graag
‘k heb wa vriende gemokt, een paar vriende gemokt
‘k heb ze mé mijn leven en mijn zielte gerokt
‘k heb ni eens gevraagd of dat ’t mocht
Mor ‘k hem wa vriende gemokt, een paar vriende gemokt
‘k hem één talent … da’s gere zien
Surtout de mensen nie den bling bling
Nie wa da’z hemme nee nie dat ding
Ni dat huis, ni die’n auto, ni de ping ping
Heel het maatschappelijk motief
Vinde geen waark noemen z’oe nen dief
Als ge da gelooft zijde zo naïef
Dus ge wordt rebel of depressief
Maar gelukkig is er wijn
Zijn der terraskes op het plein
Waar da ge mé terug mé meer moogt samenzijn
Mé kameraden dat is’t geheim
Dus as ge merkt da ge’r neffe slaagt
Da ge de mense rond oe plaagt
Da ge vol pillen den dag nie verdraagt
Zorgt da ge wa mate samenraapt
Da ge wa vriende mokt, een paar vriende mokt
Die ge mé oe zieltje en mé heel oe leven rokt
Ge zult zien dat alles dan klopt, ja
As ge vriende mokt, as ge vriende mokt
‘k heb wa vriende gemokt een paar vriende gemokt
( hij hee wa vriende gemokt een paar vriende gemokt)
‘k heb wa vriende gemokt een paar vriende gemokt
( hij hee wa vriende gemokt een paar vriende gemokt)
De Koen, de Jean-Louis, de Peter en de Mark zijn lief
Karsten en Gert, Edwig, Frieke en de Steve
De Jacko, De Guizmo, Peter, Jan en Sam en Bo
D’er is Patje, d’er is Bill, d’er is Emma en de Miel
Caroo, Michel en Tine, kom mor binne, kom mor binne
In mijn leven in mijn huis
’t Is hier wel nog niet gekuist
Veur Christelle, veur den Bart, veur den Bruno en de Ward
Veur de Frans, veur den Hans, veur Filip en veur de Rik
En veur degeen die’k zen vergete
Hemmik drinken, hemmik eten,
Jawel
Lekker